carnavalsgroep

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord carnavalsgroep. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord carnavalsgroep, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je carnavalsgroep in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord carnavalsgroep is hier. De definitie van het woord carnavalsgroep zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vancarnavalsgroep, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
carnavalsgroep
  • car·na·vals·groep
enkelvoud meervoud
naamwoord carnavalsgroep carnavalsgroepen
verkleinwoord

de carnavalsgroepv / m

  1. groep carnavalsvierders die meedoet aan een carnavalsoptocht
     In de optocht van dit jaar toonde carnavalsgroep Lossendeirdeveirdeirdeir op zijn wagen een 'humortribunaal', met voorop een Joodse karikatuur met lange tenen. Ook liep er een groep mee met een 'klaagmuur' van goudstaven. Leden van de groep waren verkleed als insecten en droegen pijpenkrullen en sjtreimels, oftewel bonthoeden die gedragen worden door orthodoxe joden.[1]
     De carnavalsgroep uit Cothen deed gisteren mee aan een optocht in Schalkwijk. Op de terugweg naar huis stortte de praalwagen, met daarop zo'n vijftien mensen, plotseling in. Vijf mensen tussen de 20 en 26 jaar raakten gewond en werden met vermoedelijk botbreuken naar het ziekenhuis gebracht.[2]
  1. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron “Weer Joodse karikaturen bij carnavalsoptocht in Aalst, kritiek op 'haatfeest'” (Zondag 23 februari 2020, 18:45), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron “Gebroken balk reden van ongeluk praalwagen 't Goy, zeggen bouwers” (Maandag 18 februari 2019, 13:18), NOS