Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
chrome. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
chrome, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
chrome in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
chrome is hier. De definitie van het woord
chrome zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
chrome, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
chrome m
- (spreektaal) krediet
- «Donne-moi l'argent en espèce, pas d’chèque, pas d’chrome.»
- Geef me het geld contant, geen chèques, geen krediet.
- «Sa BM, Jean-Louis, il l’a achetée à chrome.»
- Jean-Louis heeft zijn BMW op de pof gekocht. [1]
chrome
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van chromer
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van chromer
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van chromer
chrome
- vocatief enkelvoud van chrom