Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
comorbiditeit. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
comorbiditeit, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
comorbiditeit in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
comorbiditeit is hier. De definitie van het woord
comorbiditeit zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
comorbiditeit, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de comorbiditeit v
- (medisch) Comorbiditeit is het tegelijkertijd hebben van twee of meer stoornissen of aandoeningen bij een patiënt
- ▸ Van der Goes stelt dat een patiëntspecifieke behandeling met glucocorticoïden bij reumatische ziekten de voorkeur verdient. De onderliggende ziekte, de aanwezigheid van comorbiditeit, de initiële reactie op de behandeling en de ontwikkeling van bijwerkingen zullen deze behandelbeslissingen beïnvloeden. Het gaat dan continu om het vinden van een goede balans tussen voor- en nadelen van deze therapie.[1]
- ▸ Da Lima: "Vrouwen vragen meestal pas veel later hulp dan mannen. Als zij dan eenmaal in behandeling komen, zijn ze er vaak zowel fysiek als psychisch slechter aan toe dan de meeste mannen die bij ons komen. Verder is er bij vrouwen meestal sprake van comorbiditeit. We zien verslaving vaak in combinatie met bijvoorbeeld depressie, ptss of een borderlinestoornis. Deze diagnoses worden vaak later in de behandeling gesteld, omdat ze gemaskeerd werden door de verslaving."[2]
- ▸ De gezondheidszorg is slecht ingesteld op mensen met meer dan één chronische ziekte. Doordat de zorg overwegend gericht is op specifieke ziektebeelden, moet de patiënt met zogeheten comorbiditeit meestal de eigen zorg coördineren.[3]
1. Comorbiditeit is het tegelijkertijd hebben van twee of meer stoornissen of aandoeningen bij een patiënt
42 % |
van de Nederlanders;
|
46 % |
van de Vlamingen.[4]
|