confiseur

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord confiseur. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord confiseur, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je confiseur in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord confiseur is hier. De definitie van het woord confiseur zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanconfiseur, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • con·fi·seur
  • afgeleid van het Franse 'confiseur' (met het voorvoegsel con-) [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord confiseur confiseurs
verkleinwoord - -

de confiseurm

  1. (beroep) banketbakker
52 % van de Nederlanders;
55 % van de Vlamingen.[2]