7 Resultaten gevonden voor "decir/es".

menen

Engels: mean (en) Spaans: querer decir (es), significar (es)...


vuilbekken

Duits: schweinigeln (de), ferkeln (de) Engels: have a foul mouth (en) Frans: dire des obscénités (fr) Spaans: decir groserías (es), decir obscenidades (es)...


vertellen

fortelle (no) Nynorsk: fortelje (nn) Papiaments: bisa Spaans: contar (es), decir (es), narrar (es), relatar (es) Xhosa: ukuxela 15 Zweeds: berätta (sv)...


namelijk

Duits: nämlich (de) Engels: namely (en) Frans: à savoir (fr), c'est-à-dire (fr) Spaans: a saber (es) , es decir (es) , nominal (es) , o sea (es)...


di

(bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van decir IPA: /dɪ/ di di informeel tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs van het...


bedoelen

Duits: meinen (de) Engels: mean (en) Frans: vouloir dire (fr) Spaans: querer decir (es)...


zeggen

(imperfectief) (govorít'), сказать (ru) (perfectief) (skazát') Spaans: decir (es) Taroko: marangao Turks: söylemek (tr), demek (tr) Vietnamees: nói (vi)...