deinzen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord deinzen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord deinzen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je deinzen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord deinzen is hier. De definitie van het woord deinzen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandeinzen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • dein·zen
  • In de betekenis van ‘achteruitwijken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265.[1]
  • erfwoord: Middelnederlands dei(n)sen ‘terugwijken, achteruitdeinzen’, misschien uit West-Germaans *þans-jan-, causatief bij Indo-Europees *tons-éie-, waartoe ook Sanskrit taṁsáyati ‘hij trekt heen en weer, schudt’ en Litouws tąsýti ‘trekken, rekken’ behoren.[2][3] Evenals Nederduits deisen, deusen ‘heen en weer gaan, wankelend achteruitgaan, wiegen (van een schip)’.
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
deinzen
deinsde
gedeinsd
zwak -d volledig

deinzen

  1. ergatief van schrik een ontwijkende beweging maken.
    • Zij deinsde en haar oogen knipten, of een felle flits ervoor verschoot.[4] 
94 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[5]