dorpelinge

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord dorpelinge. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord dorpelinge, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je dorpelinge in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord dorpelinge is hier. De definitie van het woord dorpelinge zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandorpelinge, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • dor·pe·lin·ge
enkelvoud meervoud
naamwoord dorpelinge -
verkleinwoord - -

de dorpelingem

  1. vrouwelijke inwoner van een kleine plaats op het platteland
     Zo denkt ook dorpelinge Alie Kingma erover. “Den Haag is een doelwit. Als daar wat gebeurt, heeft dat een veel grotere impact dan hier.” Ze woont dertig jaar in het dorp, even lang als de schotelantennes er staan.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 25 augustus 2021 Weblink bron
    Karin de Mik
    “Klein Duimpje vecht tegen ruimteoren” (22 februari 2005) op nrc.nl op Wikipedia