driehonderdenachtenveertig

0	3	4	8

driehonderdenachtenveertig,
op een abacus

• Geluid:  driehonderdenachtenveertig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈɑxtənˌfertəx / (8 lettergrepen)

• drie·hon·derd·en·acht·en·veer·tig

• samenstellende samenstelling van  driehonderd ht,   en vw  en  achtenveertig ht 

driehonderdenachtenveertig

1. "348", langere vorm van driehonderdachtenveertig, driehonderd plus achtenveertig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft driehonderdenachtenveertig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdenachtenveertig. 

• driehonderdachtenveertig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdenachtenveertig" wordt zelden gebruikt)^{[1] [2]}

rangtelwoord

• driehonderdenachtenveertigste

hooftelwoord samengesteld met "driehonderdenachtenveertig" ht als linkerdeel

• driehonderdenachtenveertigduizend

• Het woord 'driehonderdenachtenveertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.