effening
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord effening. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord effening, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je effening in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord effening is hier. De definitie van het woord effening zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vaneffening, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- ef·fe·ning
- Naamwoord van handeling van effenen met het achtervoegsel -ing[1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | effening | effeningen |
| verkleinwoord |
de effening v
- gelijkmaking
- Vaak kregen de al met een nummer benoemde data achteraf, als ze zich op een of andere manier onderscheiden hadden, een bijnaam. (De Breuk. De Effening. De Vuile Witregel.) [2]
- genoegdoening
- Het kon niet anders dan levenslang zijn, stelt het gerechtshof. Alleen die straf is de juiste vergelding en leidt tot effening van de schade die De B. de nabestaanden van de slachtoffers heeft toegebracht. [3]
- Het woord effening staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "effening" herkend door:
| 74 % | van de Nederlanders; |
| 76 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Heijden, A.F.TH. van der"Tonio" 2011 ISBN 9789023459545 pagina 257
- ↑ Reformatorisch Dagblad 18-06-2004 Hof geeft Lucia de B. levenslang
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
