fietskar

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord fietskar. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord fietskar, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je fietskar in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord fietskar is hier. De definitie van het woord fietskar zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanfietskar, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Eenwielige fietskar
  • fiets·kar
enkelvoud meervoud
naamwoord fietskar fietskarren
verkleinwoord fietskarretje fietskarretjes

de fietskarv / m

  1. aanhangwagentje achter een fiets
     Wanneer het seizoen werd afgesloten, kwamen ze oma's bagage en de grote boekenkist met een fietskar uit het dorp halen.[1]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044632767