foutspanning

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord foutspanning. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord foutspanning, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je foutspanning in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord foutspanning is hier. De definitie van het woord foutspanning zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanfoutspanning, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • fout·span·ning
enkelvoud meervoud
naamwoord foutspanning foutspanningen
verkleinwoord - -

de foutspanningv

  1. (elektrotechniek) potentiaalverschil door kortsluiting
     Hoe hoger een optredende foutspanning, hoe hoger de resulterende aanraakspanning. Het verband is echter niet 1- op-1 omdat de aanraakspanning een situationeel gegeven is. ln de praktijk echter, zal een foutspanning van 66 V in de praktijk in vrijwel alle gevallen leiden tot een aanraak-spanning lager dan 50 V.[1]
  2. (fysiologie) overmatig gebruik van bepaalde spieren bij een verkeerde lichaamshouding
     De wervelkolom wordt rechtgehouden door een heel stelsel van spieren, sommige mensen spannen bepaalde spieren te veel. Dat kan tot allerlei problemen leiden. Wat ik nu doe is die foutspanning opheffen. Ik zoek die spanning op en tik daarna het, bijbehorende reflexpunt aan. Ik geef er een tik op, precies in die richting en met die kracht zodat dat hele reflexsysteem reageert en de spierspanning weer normaal wordt.[2]
  1. Bronlink geraadpleegd op 10 augustus 2020 Weblink bron
    Autoriteit Consument en Markt, kenmerk ACM/UIT/460342
    Codebesluit veiligheid nieuwe laagspanningsnetten (2 februari 2018) in: Staatscourant op Wikipedia, nr. 11517 (27 februari 2018)
  2. Bronlink geraadpleegd op 10 augustus 2020 Weblink bron
    Roland Vonk
    Tjerk Meyer (79) en de manuele geneeskunde in: Het vrije volk (26 juni 1987), De Arbeiderspers, Rotterdam, p. 12 kol. 4