gastenhuis

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord gastenhuis. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord gastenhuis, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je gastenhuis in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord gastenhuis is hier. De definitie van het woord gastenhuis zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangastenhuis, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • gas·ten·huis
enkelvoud meervoud
naamwoord gastenhuis gastenhuizen
verkleinwoord gastenhuisje gastenhuisjes

het gastenhuiso

  1. gebouw waar de gasten kunnen verblijven; gebouw waar gasten kunnen worden ontvangen
     Alle slaapalkoven in de grote zaal waren voor gasten en bedienden. Het gastpaar Lauritz en Ingeborg verbleef vermoedelijk in het gastenhuisje.[1]
     De twee spraken elkaar in het 18e eeuwse barokke slot Meseberg, het gastenhuis van de Duitse regering. Na de Tweede Wereldoorlog lag het in het door de Russen bezet gebied, op zeventig kilometer van Berlijn.[2]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044645149
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 oktober 2022 Weblink bron “Is het 'Merkel ontvangt Poetin' of 'Angela praat met Vladimir'?” (Zaterdag 18 augustus 2018), NOS