- : er is geen huis met hem te houden
- : ergens kind aan huis zijn
- : met de deur in huis vallen
- : van huis en haard verdreven
- Huizen op iemand kunnen bouwen
sterk op iemand kunnen vertrouwen
- Een gouden dak op het huis hebben
wonen in een huis dat gebouwd is met geleend geld
- Een zilveren dak op het huis hebben
wonen in een huis dat gebouwd is met geleend geld
- Ergens als kind in huis zijn
ergens bekend of goed behandeld worden
- Ik zet daar geen voet meer in huis
Ik wil hen niet meer bezoeken
een persoon wier handelen veel kritiek kan krijgen omdat deze openbaar te volgen is
- In het huis van de gehangene spreekt men niet van de strop
- Met de deur in huis vallen
meteen ter zake komen / onmiddellijk over datgene beginnen waarvoor men kwam zonder
- Steeds verder van huis raken
verder van je doel afraken
- Zuinigheid met vlijt, bouwt huizen als kastelen.
door te sparen krijg je uiteindelijk een grote som geld
|