Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
huisgenoot. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
huisgenoot, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
huisgenoot in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
huisgenoot is hier. De definitie van het woord
huisgenoot zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
huisgenoot, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de huisgenoot m
- mensen met wie men in één huis woont, zonder dat er noodzakelijkerwijs ook één huishouding wordt gevoerd
- ▸ Mijn eerste doel was flexibeler in het leven te staan. Ik hoopte hierdoor geduldiger te worden en meer te gaan genieten van het hier en nu. Maar vooral ook om een aangenamere huisgenoot te worden.[1]
- medebewoner
100 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[2]
|