huisjongen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord huisjongen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord huisjongen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je huisjongen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord huisjongen is hier. De definitie van het woord huisjongen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhuisjongen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • huis·jon·gen
enkelvoud meervoud
naamwoord huisjongen huisjongens
verkleinwoord

de huisjongenm

  1. (beroep) knecht voor de bediening in huis
     De huishouding bleef redelijk draaien. Op Pasar Baru, de markt, was de hele oorlog door eten te koop. En de bedienden bleven. Ze somt op: de keukenmeid, de binnenmeid, de djongos die huisjongen was en de moestuin deed, de wasmeid die de kokkin hielp om groenten schoon te maken.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 18 januari 2023 Weblink bron “'Wegwezen!', riep ze tegen de Japanners” (Zondag 22 augustus 2010, 13:25), NOS