Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
hypotheek. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
hypotheek, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
hypotheek in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
hypotheek is hier. De definitie van het woord
hypotheek zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
hypotheek, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘geldlening met onroerend goed als onderpand’ voor het eerst aangetroffen in 1503
- Leenwoord uit Frans hypothèque, ontleend aan Latijn hypothēca, zelf ontleend aan Oudgrieks hypothḗkē ‘onderpand’, afleiding van hypotithénai ‘als onderpand geven’, samengesteld uit hypo- ‘onder’ en tithénai ‘stellen, leggen’.
de hypotheek v
- (juridisch) zakelijke zekerheid die een onroerend goed zonder buitenbezitstelling bezwaart om een vordering tot terugbetaling van een geldlening bij voorrang boven concurrente schuldeisers te verhalen
- We zijn al jaren bezig met het aflossen van onze hypotheek.
- ▸ Dankzij de vele betalende gasten dekt die ene kamer nu de hypotheek voor ons hele huis en kunnen we ook langzaam onze hypotheekschuld gaan afbetalen.
1. bezitloos bezwaren van een onroerend goed als onderpand
100 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.
|