Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
grappigheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
grappigheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
grappigheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
grappigheid is hier. De definitie van het woord
grappigheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
grappigheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de grappigheid v
- de mate waarin iets of iemand grappig is; de mate waarin je om iets kunt lachen
- ▸ Maar ik ben echt geen neger, ik ga me dadelijk wassen en dan lijk ik weer op een mens, zei Katavasov met zijn gewone grappigheid, terwijl hij haar de hand drukte en door een glimlach zijn tanden ongewoon liet schitteren in zijn zwart gezicht.[2]
- ▸ Sinds 1988 dachten we dat wel. Dat kwam door de Duitse psycholoog Strack. In zijn onderzoek moesten proefpersonen een potlood achtereenvolgens tussen hun lippen en tanden klemmen. Ondertussen moesten cartoons op grappigheid worden beoordeeld. Als een potlood tussen je tanden klemt, vormt zich een glimlach op je gezicht, en tussen je lippen veroorzaakt het een pruilgezicht. Onze stagiair wilde het wel even voordoen:[3]
- iets dat de bedoeling heeft een andere aan het lachen te maken
- vermakelijkheid, kluchtigheid, scherts, aardigheid, boert, dwaasheid, gekheid, grap, kwinkslag, luim, mop, plaisanterie
1. iets dat getuigt van gevoel voor humor te hebben; iets dat de bedoeling heeft een andere aan het lachen te make