Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
grootverbruiker. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
grootverbruiker, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
grootverbruiker in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
grootverbruiker is hier. De definitie van het woord
grootverbruiker zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
grootverbruiker, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de grootverbruiker m
- persoon of instelling die een bepaald goed in grote hoeveelheden verbruikt (of gebruikt)
- Het CBS berekende in augustus wie broeikasgas uitstoot en wie de energiebelasting betaalt. 80 procent van de uitstoot komt van producenten, maar zij betalen nog niet de helft van de belastingen op energie. Huishoudens dragen nog geen vijfde bij aan de uitstoot, en betalen meer dan de helft. Dat is logisch, zeggen kenners, want die grootverbruikers moeten concurreren op de wereldmarkt, voor je het weet gaan ze weg. Of ze berekenen het door in de prijzen, daar heeft de burger ook niks aan. Ja de burger is een makkelijker doelwit. Die kan niet weg, die kan niets doorberekenen (behalve bij de volgende verkiezingen) én heeft zeer weinig interesse voor het onderwerp. Maak het lekker ingewikkeld en wellicht heeft hij het überhaupt niet door.[2]
- Iemand moest het doen. Mooi zinnetje, waarmee in de loop der tijd een scala aan dubieuze of ronduit verkeerde handelingen is verdedigd. Grootverbruiker is Judas, blijkt uit de gelijknamige monoloog die deze bijbelse figuur bij Theatergroep Suburbia mag uitspreken om zijn verraad van Jezus te verdedigen. 'Iemand moest het doen.'[3]
1. persoon of instelling die een bepaald goed in grote hoeveelheden verbruikt (of gebruikt)