hoofdvakdocent
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hoofdvakdocent. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hoofdvakdocent, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hoofdvakdocent in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hoofdvakdocent is hier. De definitie van het woord hoofdvakdocent zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhoofdvakdocent, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- hoofd·vak·do·cent
- samenstelling van hoofdvak zn en docent zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | hoofdvakdocent | hoofdvakdocenten |
| verkleinwoord |
de hoofdvakdocent m
- (beroep) (onderwijs) persoon die lesgeeft in het belangrijkste vak van een opleiding voor hoger onderwijs
- ▸ Wijn werd in 2009 benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau. De gemeente Amsterdam kende hem vorig jaar de Frans Banninck Cocqpenning toe voor zijn grote artistieke en pedagogische verdiensten voor de internationale muziekwereld als hoofdvakdocent piano aan het Conservatorium van Amsterdam.[1]
- Het woord hoofdvakdocent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑
Weblink bron “Gevierd pianist en pianopedagoog Jan Wijn (88) overleden” (woensdag 13 juli 2022, 07:23), NOS
