houtvlotter

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord houtvlotter. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord houtvlotter, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je houtvlotter in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord houtvlotter is hier. De definitie van het woord houtvlotter zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhoutvlotter, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
1. Canadese houtvlotters aan het werk.
  • hout·vlot·ter
enkelvoud meervoud
naamwoord houtvlotter houtvlotters
verkleinwoord - -

de houtvlotterm

  1. (beroep) (scheepvaart) bestuurder van een vaartuig dat bestaat uit bijeengebonden stammen
     Niet dat zijn ambities nu zo ver reiken: hij wil de beste houtvlotter worden: een man die op de samengebonden boomstammen stroomafwaarts vaart, om de koopwaar daar bij de handelspartners af te leveren.[2]
     Rond Tilburg fotografeerde hij boeren op het land, moeders in de weer in boerenkeukens, wevers en likeurstokers in de fabriek. In Rotterdam waren het lantaarnschoonmakers, houtvlotters, bouwvakkers en dienstbodes.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 25 november 2021 Weblink bron
    Arjen Fortuin
    “Wie vindt een bos nou lelijk – Driessen schrijft beter dan goed” (1 april 2016) op nrc.nl op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 25 november 2021 Weblink bron
    Eddie Marsman
    “Druipend van toeval” (19 januari 2001) op nrc.nl op Wikipedia