intrek

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord intrek. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord intrek, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je intrek in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord intrek is hier. De definitie van het woord intrek zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanintrek, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·trek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord intrek -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de intrekm

  1. ~ nemen bij iemand: bij iemand gaan wonen
    • Hij nam zijn intrek bij Jan en zijn familie. 
     Zelf had hij juist zijn intrek genomen op de bovenverdieping van een van de huizen die het dichtst bij de oever stonden.

Werkwoord

vervoeging van
intrekken

intrek

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intrekken
    • ... dat ik intrek. 

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044628142
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be