jaardicht

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord jaardicht. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord jaardicht, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je jaardicht in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord jaardicht is hier. De definitie van het woord jaardicht zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanjaardicht, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Een jaardicht op de Wolwaag in Maastricht op Wikipedia (nl):
hoC ponDere CVIqVe sVVM
hier wat betreft gewicht: ieder het zijne;
de Romeinse cijfers tellen op tot 1721, toen de waag werd vernieuwd.
Uitspraak
Woordafbreking
  • jaar·dicht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jaardicht jaardichten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het jaardichto

  1. (dichtkunst) vers waarin de letters die ook Romeinse cijfers zijn kunnen worden opgeteld tot een jaartal dat betekenis heeft die verband houdt met de strekking van het vers
     De jaardichten op het vignet en aan het slot geven beiden het jaar 1668.
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 7 mei 2023 Weblink bron
    Hubert Meeus
    “Repertorium van het ernstige drama in de Nederlanden 1600-1650.” (1983), Acco, Leuven, ISBN 90-334-0629-2, p. 82