Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
joeg. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
joeg, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
joeg in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
joeg is hier. De definitie van het woord
joeg zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
joeg, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
joeg
- enkelvoud verleden tijd van jagen
- Ik joeg.
- Jij joeg.
- Hij, zij, het joeg.
- ▸ Maar het vooruitzicht om helemaal alleen daar boven te slapen joeg mij angst aan.[1]
84 % |
van de Nederlanders;
|
72 % |
van de Vlamingen.[2]
|