Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
jongenszaal. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
jongenszaal, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
jongenszaal in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
jongenszaal is hier. De definitie van het woord
jongenszaal zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
jongenszaal, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de jongenszaal v / m
- slaapzaal voor mannelijke kinderen
- ▸ De tweede Pinksterdag was neef Meinardus voor de spiegel gaan staan en had gevraagd: 'scheer jij je al?' Jakob had glad toen uitgekeken, gezegd dat bij hun op de jongenszaal wel een spiegel was, maar gebroken, niets dan een brok glas in een hoek, maar dat dit aan de zaak niets veranderde, omdat de spiegel toch te hoog voor hem hing.[1]
- ▸ Er stonden in de jongenszaal twee zwart geverfde tafels tusschen banken, met keepen uit vernielzucht in de scherpe kanten en namen in de randen gekerfd; waarom toch snijen ze overal hun namen in? Het dichtst bij het raam zat Willem Swaneveld twee dagen 's weeks te pieken op gekruiste beenen; de vloer was met zand bestrooid en er waren spuwbakjes gezet bij de plinten; de grond werd op tijd geschrobd en lang niet noodeloos, beweerde Koos.[2]