kiek
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kiek. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kiek, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kiek in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kiek is hier. De definitie van het woord kiek zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankiek, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- kiek
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | kiek | kieken |
| verkleinwoord | kiekje | kiekjes |
de kiek m
- een fotografische opname
- Hij had een mooie kiek gemaakt van het nieuwe huis.
| vervoeging van |
|---|
| kieken |
kiek
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kieken
- Ik kiek.
- gebiedende wijs van kieken
- Kiek!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kieken
- Kiek je?
- Het woord kiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kiek" herkend door:
| 92 % | van de Nederlanders; |
| 81 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
