knokkelig

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord knokkelig. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord knokkelig, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je knokkelig in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord knokkelig is hier. De definitie van het woord knokkelig zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanknokkelig, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • knok·ke·lig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen knokkelig knokkeliger knokkeligst
verbogen knokkelige knokkeligere knokkeligste
partitief knokkeligs knokkeligers -

knokkelig

  1. van een hand: met uitstekend knokkels
    • Als eene furie vloog Martha op; schrikkelyker dan toen zy hem naderde, stond zy voor den deurwaerder regt; hare oogen gloeiden, en terwyl zy hare hand, knokkelig als die der dood, uitstak, riep zy uit: [1] 
    • De H. Catharina, zoowel als de twee Santinnen, zijn zeer gezonde vrouwen met roode, blozende wangen; de vingeren zijn wel dun en lang, maar zij zijn knokkelig, het hoofd van den kanunik is zwaar, zijn oogen scherp toeziende. [2] 
89 % van de Nederlanders;
67 % van de Vlamingen.[3]
  1. (1851)–August Snieders De arme schoolmeester
  2. Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 8(1898) De Vlaamsche Meesters in de National Gallery van Londen. Door Max Rooses. geraadpleegd 13-1-2019
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be