Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
krijgsvolk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
krijgsvolk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
krijgsvolk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
krijgsvolk is hier. De definitie van het woord
krijgsvolk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
krijgsvolk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het krijgsvolk o
- een (grote of kleine) groep militairen
- Het krijgsvolk van keizer Maximiliaan I werd betaald met een speciale belasting, het ruitergeld.
- de militairen (als verzamelnaam)
- Het krijgsvolk stond in vele tijden bekend als ruw en onbehouwen.
- een volksstam wiens maatschappij gericht is op de oorlogvoering
- De Myceners waren een krijgsvolk: ze woonden in burchten, vestingen op de akropolissen van hun moedersteden.
1. een (grote of kleine) groep militairen.