kromheid
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kromheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kromheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kromheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kromheid is hier. De definitie van het woord kromheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankromheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- krom·heid
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | kromheid | |
| verkleinwoord |
de kromheid v
- (figuurlijk) het niet logisch of rechtlijnig zijn van iets
- "Gaandeweg dit traject ben ik me steeds meer gaan verbazen over de enorme kromheid van dit beleid en de grote hoeveelheid haken en ogen die er op juridisch gebied bij komen kijken", legde Tim eerder uit. [2]
- het niet recht zijn
- Brussel hoopt de groeiende euroscepsis de wind uit de zeilen te kunnen nemen. Geen gedoe meer over de kromheid van een banaan of komkommer, hopen Juncker en diens commissie. [3]
1. het niet logisch zijn
- Het woord 'kromheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kromheid" herkend door:
| 92 % | van de Nederlanders; |
| 95 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Telegraaf 08 nov. 2012 BNN'er Tim Hofman gewoon thuis
- ↑ De Telegraaf 16 dec. 2014 Timmermans maakt schoon schip in Brussel
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
