leefde
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord leefde. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord leefde, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je leefde in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord leefde is hier. De definitie van het woord leefde zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanleefde, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- leef·de
| vervoeging van |
|---|
| leven |
leefde
- enkelvoud verleden tijd van leven
- Ik leefde.
- Jij leefde.
- Hij, zij, het leefde.
- Ik leefde.
- ▸ Ik leefde geheel afgezonderd in mijn eigen bubbel, in mijn eigen werkelijkheid en zolang ik niet gek zou worden vond ik het heerlijk.[1]
- Het woord leefde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
