liep klap

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord liep klap. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord liep klap, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je liep klap in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord liep klap is hier. De definitie van het woord liep klap zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanliep klap, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • liep klap
vervoeging van
klaplopen

liep klap

  1. enkelvoud verleden tijd van klaplopen
    • Ik liep klap. 
    • Jij liep klap. 
    • Hij, zij, het liep klap. 
    • De redactie van „De Malanger" schijnt boos op mij te zijn. Eerst was ze het alleen maar op den P.T. T.-dienst, want deze "ˈliep klap'", anders gezegd stuurde haar, niet als advertentie, maar ter opneming in het redactioneele gedeelte van het blad, mededeellngen omtrent postverzendingen, openstellingsuren van het postkantoor op feestdagen e.d. toe. Een dagblad is nu eenmaal een "commercieel bedrijf", meent zij. [1]
    • Hij was heelemaal aan lager wal, en liep klap om aan den kost te komen. [2]
    • Wanneer het op betalen aankwam, had hij altijd zijn beurs vergeten en liep klap bij andere componisten. [3]