linkerpols
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord linkerpols. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord linkerpols, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je linkerpols in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord linkerpols is hier. De definitie van het woord linkerpols zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanlinkerpols, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Geluid: linkerpols (hulp, bestand)
- lin·ker·pols
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | linkerpols | linkerpolsen |
| verkleinwoord | linkerpolsje | linkerpolsjes |
de linkerpols m
- het gewricht tussen de hand en de onderarm aan de linkerkant van het lichaams
- ▸ Haar linkerpols bloedde: daar waar haar schakelbandhorloge door het lipje van de fietsbel los was gehaald.[1]
- ▸ Hij liep daarbij een gecompliceerde breuk in zijn linkerpols op en moest de strijd staken. "Ik heb daar nog wel regelmatig last van. Niet op de fiets, maar in het dagelijks leven soms."[2]
- Het woord linkerpols staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ “Tonio : een requiemroman” (2011), De Bezige Bij
, ISBN 9789023467014
- ↑
Weblink bron “Mollema rijdt Giro en Tour: 'Beste combinatie richting de Spelen'” (11-01-2021), NOS
