magie

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord magie. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord magie, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je magie in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord magie is hier. De definitie van het woord magie zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmagie, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·gie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘toverkunst’ voor het eerst aangetroffen in 1650
enkelvoud meervoud
naamwoord magie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de magiev

  1. toverkunst; kracht waar een tovenaar over beschikt door met rituelen, symbolen en bezweringen de hulp van bovennatuurlijke machten in te roepen.
  2. (figuurlijk) een heel bijzonder iets
     Dit keer rookte ik twee dikke joints achter elkaar in de hoop eindelijk te ontdekken waar de magie zat.
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen