medebewoonster
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord medebewoonster. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord medebewoonster, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je medebewoonster in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord medebewoonster is hier. De definitie van het woord medebewoonster zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmedebewoonster, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- me·de·be·woon·ster
- samenstelling van mede bw en bewoonster zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | medebewoonster | medebewoonsters |
| verkleinwoord |
de medebewoonster v
- vrouw die in hetzelfde gebouw leeft
- ▸ Medebewoonster Zevorotkina, de vaste aanstichtster van allerhande eendrachtige ondernemingen voor alles en iedereen, rende de slapende huurders af en riep, kloppend op de deuren: Attentie, kameraden. Afscheid nemen. Monter en kwiek.[1]
- ▸ Een medebewoonster van Pauw zegt dat zij vorige week vrijdag door buren werd gebeld, dat haar buurvrouw dood was. Zij was boos dat zij daar niet door Pauws verzorgers over was ingelicht. Toen zij bij het appartement van Pauw verhaal kwam halen, zei een verzorgster: "Wij doen alles in stilte." In de dagen daarna werd allerlei apparatuur uit Pauws appartement weggehaald, zoals een tillift.[2]
- Het woord medebewoonster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot
, ISBN 9789028261396
- ↑
Weblink bron “Meta Menten, weduwe van oorlogsmisdadiger Pieter Menten, overleden” (01-12-2016), NOS
