muzikaliteit
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord muzikaliteit. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord muzikaliteit, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je muzikaliteit in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord muzikaliteit is hier. De definitie van het woord muzikaliteit zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmuzikaliteit, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- mu·zi·ka·li·teit
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | muzikaliteit | |
| verkleinwoord |
de muzikaliteit v
- de aanleg om muziek te kunnen maken of van muziek te kunnen genieten
- ▸ Julie speelde als eerste, op algemeen verzoek, een thema met variaties op de harp en probeerde daarna met de andere meisjes Natasja en Nikolaj, die bekend stonden om hun muzikaliteit, ertoe te bewegen iets te zingen.[2]
- ▸ Maar dat was niet het enige waar het Concertgebouworkest naar keek. "We zochten naast muzikaliteit ook naar jongeren voor wie het minder vanzelfsprekend is dat zij bij zo'n orkest terechtkomen", vertelt Lili Schutte, projectleider van jongerenorkest Young.[3]
1. de aanleg om muziek te kunnen maken of van muziek te kunnen genieten
- Het woord muzikaliteit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
- ↑
Weblink bron “Op kamp met het Concertgebouworkest: 'Ik hoop hier veel vrienden te maken'” (08-08-2019), NOS
