nod

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord nod. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord nod, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je nod in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord nod is hier. De definitie van het woord nod zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vannod, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Naar frequentie 1576
vervoeging
onbepaalde wijs to  nod 
he/she/it  nods 
verleden tijd  nodded 
voltooid
deelwoord
 nodded 
onvoltooid
deelwoord
 nodding 
gebiedende wijs  nod 

nod

  1. onovergankelijk knikken (van slaap, instemming, e.d.)
  2. onovergankelijk knikkebollen, indutten
  3. overgankelijk op en neer schudden
  4. onovergankelijk (figuurlijk) verwijzen naar
  5. overgankelijk (voetbal) koppen

nod

  1. knik, het knikken
  2. (figuurlijk) verwijzing, wenk
  3. (figuurlijk) (informeel) nominatie (voor een prijs e.d.)
  4. (figuurlijk) (informeel) goedkeuring
  1. Guus Kroonen
    “Etymological Dictionary of Proto-Germanic” (2013), Brill, Leiden - Boston, p. 238