oncoloog

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord oncoloog. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord oncoloog, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je oncoloog in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord oncoloog is hier. De definitie van het woord oncoloog zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanoncoloog, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·co·loog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord oncoloog oncologen
verkleinwoord oncoloogje oncoloogjes

Zelfstandig naamwoord

de oncoloogm

  1. (beroep) (medisch) een medisch specialist die zich bezighoudt met de gezwelgroei, in het bijzonder met kanker
    • Hij is oncoloog van beroep. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be