onestopshop
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord onestopshop. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord onestopshop, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je onestopshop in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord onestopshop is hier. De definitie van het woord onestopshop zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanonestopshop, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Geluid: onestopshop (hulp, bestand)
- one·stop·shop
- uit het Engels [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | onestopshop | onestopshops |
| verkleinwoord |
de onestopshop m
- (economie) winkel / bedrijf waar een klant in een keer alles kan kopen wat hij nodig heeft zonder dat hij verschillende winkels / zaken hoeft te bezoeken
- ▸ "Wij werken hier samen met anesthesiologen, revalidatieartsen, psychologen, orthopeden, neurologen, fysio- en ergotherapeuten. Iedere patiënt bespreken we in een multidisciplinair team. Uiteindelijk willen we toe naar een onestopshop- werkwijze. Dat houdt in dat op de dag van het intakegesprek ook de eerste behandeling al plaats heeft."[2]
- ▸ ,,Zo is Steenwijk Schoenen een samenwerking aangegaan met Rinsma Modeplein in Friesland en vormt daarmee een zogeheten onestopshop voor de klant. Bezoekers kunnen bij meerdere gespecialiseerde partijen terecht om een outfit bij elkaar te shoppen.[3]
- Het woord onestopshop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ onestopshop op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron “Twentse 'pijndokters' pakken samen wachtlijst aan” (18-03-2016), Tubantia
- ↑ Weblink bron Sanne Schelfaut“Duizend winkels dicht, is het te laat voor de schoenenzaak?” (03-09-2019), Tubantia
