ontoegankelijkheid
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord ontoegankelijkheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord ontoegankelijkheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je ontoegankelijkheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord ontoegankelijkheid is hier. De definitie van het woord ontoegankelijkheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanontoegankelijkheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- on·toe·gan·ke·lijk·heid
- afleiding van ontoegankelijk met het achtervoegsel -heid
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | ontoegankelijkheid | ontoegankelijkheden |
| verkleinwoord |
- van een gebied dat men daar niet in kan gaan
- ▸ De bosbranden zijn volgens de autoriteiten de ergste sinds jaren. Het vuur wordt aangewakkerd door de sterke wind, hoge temperaturen en uitzonderlijk droge omstandigheden. Door de ontoegankelijkheid van het gebied had de brandweer de grootste moeite om het vuur te bestrijden.[2]
- (figuurlijk) iets wat niet te begrijpen of in te voelen is
- ▸ Alleen wanneer deze vrijheid tot in het oneindige wordt teruggebracht, dat wil zeggen door haar te beschouwen als een oneindig kleine grootheid, kunnen we onszelf overtuigen van de absolute ontoegankelijkheid van de oorzaken, en zal de geschiedkunde zich de taak stellen te zoeken naar wetten in plaats van naar oorzaken.[3]
1. van een gebied dat men daar niet in kan gaan
- Het woord ontoegankelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron “Bosbrand Chili doodt zes brandweerlieden” (06-01-2012), NOS
- ↑ “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
