opgewondenheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord opgewondenheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord opgewondenheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je opgewondenheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord opgewondenheid is hier. De definitie van het woord opgewondenheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanopgewondenheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • op·ge·won·den·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord opgewondenheid opgewondenheden
verkleinwoord

de opgewondenheidv

  1. het seksueel of emotioneel (te) gespannen zijn
     Het gevoel van onberedeneerde schaamte dat zij onderweg gehad had en haar opgewondenheid waren geheel verdwenen.[2]
     En als je me daar persoonlijk op aanspreekt, dan wil ik graag zeggen dat ik deze klus graag afmaak. Zonder anonieme berichten, zonder de opgewondenheid van mensen. Ik werk er ruim 30 jaar dus ik hoef mezelf helemaal niet te verantwoorden voor mijn liefde voor de publieke omroep.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Anna Karenina” op Wikipedia (1877), G.A. van Oorschot op Wikipedia, ISBN 9789028276062
  3. Bronlink geraadpleegd op 26 maart 2022 Weblink bron
    Gudo Tienhooven
    “NPO-tv-baas Frans Klein: Het zijn jouw woorden dat ik overwoog naar RTL te gaan” (06-06-2018), Tubantia