opliep

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord opliep. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord opliep, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je opliep in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord opliep is hier. De definitie van het woord opliep zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanopliep, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • op·liep
vervoeging van
oplopen

opliep

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van oplopen
    • ... dat ik opliep. 
    • ... dat jij opliep. 
    • ... dat hij, zij, het opliep.