padvinderij

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord padvinderij. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord padvinderij, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je padvinderij in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord padvinderij is hier. De definitie van het woord padvinderij zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanpadvinderij, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
hut van de padvinderij
  • pad·vin·de·rij
enkelvoud meervoud
naamwoord padvinderij padvinderijen
verkleinwoord

de padvinderijv

  1. (verouderd) scouting, een internationale jeugdorganisatie die gericht is op het het bevorderen van zelfredzaamheid door middel van samenspelen in de natuur
    • Juliana Crispijn legt uit dat de padvinderij voor veel kinderen een positieve werking heeft. "De deelnemers willen graag iets doen om kinderen uit Syrië te helpen. Maar ze hebben nog te weinig informatie over scouting in Europa, de behoefte van de kinderen hier en hoe ze zich moeten aanpassen aan de Europese cultuur. Ze zijn bezig om een scoutinggroep op te richten, zodat de jeugd zich bij hen kan aansluiten, dat ze kunnen genieten van leuke activiteiten en uitdagingen, binnen en buiten in de natuur. Door die activiteiten kunnen ze zich persoonlijk ontwikkelen en wegblijven van drugs en criminaliteit."[2] 
  2. het zelfstandig de weg moeten vinden zonder duidelijke gids
    • Een dagje uit met het gezin is een optie. Kunst en recreatie zijn hier geen vreemden voor mekaar. De makers nemen dan ook de vrijheid om onmuseaal te werken. Een gedegen ontsluiting is niet de prioriteit: QRcodes of audioguides zijn er niet. Bij sommige werken hangt een korte duidende tekst, bij evenveel andere hangt niets. Padvinderij met een plan is best leuk, maar bij stukken die zelfs geen titelplaatje hebben, is het wel eens gissen. Bij reguliere musea zou dit een zware onvoldoende zijn. [3] 
98 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tubantia 03-04-2017
  3. de Standaard 13 AUGUSTUS 2016 GEERT SELS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be