soepzootje

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord soepzootje. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord soepzootje, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je soepzootje in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord soepzootje is hier. De definitie van het woord soepzootje zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vansoepzootje, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • soep·zoot·je
enkelvoud meervoud
naamwoord soepzootje soepzootjes
verkleinwoord

het soepzootjeo

    • ' Wij redden ons zelf best wel,' zei Piggy. 'Zij zijn zo stom dat ze d'r 'n soepzootje van maken op dit eiland. We gaan 'n klein, warm vuurtje maken...' [3] 
    • Historische Oekraïense verkiezingen worden wellicht soepzootje (maar kunnen veel veranderen) [4] 
    • Ook is er een Wim, die steeds moppert omdat de Italianen er zo’n soepzootje van maken. De ouderen zijn vitaal en reislustig, maar ook een beetje kneuterig. Zodra een camping 6 ampère biedt, huilen de kruimeldieven en gaan de broodbakmachines aan. Op markten vergapen ze zich aan tonijnen en zwaardvissen zo groot als kleuters, maar dan eten ze toch een bammetje onder de luifel. [5] 
  1. soepzootje op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Golding, William
    De heer der vliegen vertaald door Harm Damsma en Niek Miedema ISBN 978-90-5965-388-7 pagina 150
  4. de Standaard 25/oktober/2015 door svg
  5. Tubantia 30-augustus-2014