Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
spoog. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
spoog, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
spoog in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
spoog is hier. De definitie van het woord
spoog zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
spoog, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
spoog
- enkelvoud verleden tijd van spugen
- Ik spoog.
- Jij spoog.
- Hij, zij, het spoog.
- ▸ Jezus nam de blinde man apart, spoog in zijn handen en wreef dat op de oogleden van de blinde.[1]
Spoog is tegenwoordig weinig gangbaar; spugen wordt meestal zwak vervoegd (ook in de voltooide tijd).
60 % |
van de Nederlanders;
|
42 % |
van de Vlamingen.[2]
|