stoeierij

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord stoeierij. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord stoeierij, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je stoeierij in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord stoeierij is hier. De definitie van het woord stoeierij zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanstoeierij, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • stoei·e·rij
enkelvoud meervoud
naamwoord stoeierij stoeierijen
verkleinwoord

de stoeierijv

  1. ruw spelen; spelende vechtpartij
    • Stoeierij was dan weer typerend voor vaders en hun kleuterzonen. Ook het taalgebruik was anders: woorden die het vaakst gebruikt worden bij zonen hebben betrekking tot prestaties en succes. ‘Trots’, ‘winnen’ en ‘top’ waren maar enkele voorbeelden. [2] 
    • De schilder Hugo Claus duldt in zijn atelier geen pottekijkers. Achter een ijzeren deur moeten de twee kamers liggen waar hij zijn 'stoeierijen' maakt. De vraag om er een kijkje te nemen, verbaast hem. “Beschrijft u het maar als iets tussen het atelier van Francis Bacon en een kippenhok,” zegt hij luid, duidelijk en lacherig. [3] 
88 % van de Nederlanders;
81 % van de Vlamingen.[4]