Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
stoffeerder. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
stoffeerder, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
stoffeerder in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
stoffeerder is hier. De definitie van het woord
stoffeerder zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
stoffeerder, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de stoffeerder m
- (beroep) iemand die meubelen van een stoffen bekleding voorziet
- De vader van Simon, die stoffeerder en kartonfabriekmedewerker was, overleed toen hij 15 jaar was. Een jaar daarna volgde de fatale brand in het Volendamse café Het Hemeltje. [3]
- (beroep) inrichter van een huis
- De trek van het platteland naar de stad blijft doorgaan. De haperende woningmarkt aan de buitenranden van Nederland zorgt ervoor dat lokale makelaars, notarissen, stoffeerders en witgoedzaken hun heil zoeken in de steden. [4]
- Tot mijn grote schrik had de stoffeerder verkeerde gaten geboord, maar daarvan niets gezegd. Bovendien kwamen we er later pas achter dat de gordijnen verkeerd waren opgemeten. Kortom: alles moest mee terug. [5]
95 % |
van de Nederlanders;
|
92 % |
van de Vlamingen.[6]
|