taalgevoeligheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord taalgevoeligheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord taalgevoeligheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je taalgevoeligheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord taalgevoeligheid is hier. De definitie van het woord taalgevoeligheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantaalgevoeligheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • taal·ge·voe·lig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord taalgevoeligheid taalgevoeligheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de taalgevoeligheidv

  1. de mate waarin iemand in staat is een nieuwe taal te leren
     Een paar lessen Engels in de week is juist goed voor de taalgevoeligheid van leerlingen.
  2. het talent om heel precies de nuances binnen een tekst te kunnen aanvoelen
     Nadenkend over de heilige gave, las ik een interview (RD 25-1) met de dichter Willem Jan Otten. Wat me daarin trof is dat hij zijn gave van taalgevoeligheid – soms verhevigd opspelend, als een ‘hogedrukgebied’ – voorzichtig verbindt aan de Heilige Geest.

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron “In groep 1 al Engelse les in Twente: slimme zet of volslagen belachelijk?” (31-08-2016), Tubantia
  3. Bronlink Weblink bron
    Christine Stam-van Gent
    “Samenleving vereert de dienaar en vergeet de gave” (15-02-2019), Reformatorisch Dagblad