toonsleutel

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord toonsleutel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord toonsleutel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je toonsleutel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord toonsleutel is hier. De definitie van het woord toonsleutel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantoonsleutel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de g-sleutel
  • toon·sleu·tel
enkelvoud meervoud
naamwoord toonsleutel toonsleutels
verkleinwoord

de toonsleutelm

  1. symbool aan het begin van de notenbalk die aangeeft welke toon bij welke lijn op die notenbalk hoort
    • Draaisma: “Zo'n prent ging aan het boek vooraf als een toonsleutel aan een melodie. Ze biedt een samenvatting van wat de auteur met zijn tekst wil: ik sta in een empirische traditie, ik hanteer mechanische analogieën voor lichamelijke functies - zaken die nu in een voorwoord of flaptekst staan. [1] 
86 % van de Nederlanders;
81 % van de Vlamingen.[2]