trouwheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord trouwheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord trouwheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je trouwheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord trouwheid is hier. De definitie van het woord trouwheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantrouwheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • trouw·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord trouwheid trouwheden
verkleinwoord

de trouwheidv

  1. de mate waarin iemand zich verbonden voelt met iets of iemand en daarnaar handelt
    • Van Ours berekende de trouwheid door het aantal bezoekers gedurende meerdere seizoenen af te zetten tegen de resultaten. In het algemeen geldt dat het stadionbezoek toeneemt als de tegenstander pittig is en er op dat moment veel vertrouwen is in de thuisclub. ,,Bij Feyenoord spelen die factoren ook, maar minder. Je gaat gewoon naar De Kuip. Punt." [2] 
    • Na jaren, wat zeg ik, na eeuwen van hondse trouwheid, gaat ze het NOC*NSF verlaten. Vancouver is haar laatste grote podium, als voorzitter. Terwijl ik dit schrijf, voel ik hoe diepe weemoed me neerslaat. Olympische Spelen zonder Erica Terpstra zijn als grootsteden zonder rosse buurt. Het laatste licht is dan gedoofd nog voor het leven zichzelf heeft voltooid. [3] 
90 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[4]