Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
tweehonderdenvijfenveertig. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
tweehonderdenvijfenveertig, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
tweehonderdenvijfenveertig in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
tweehonderdenvijfenveertig is hier. De definitie van het woord
tweehonderdenvijfenveertig zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
tweehonderdenvijfenveertig, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
tweehonderdenvijfenveertig,
op een
abacus
- twee·hon·derd·en·vijf·en·veer·tig
tweehonderdenvijfenveertig
- "245", langere vorm van tweehonderdvijfenveertig, tweehonderd plus vijfenveertig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft tweehonderdenvijfenveertig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdenvijfenveertig.
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdenvijfenveertig" ht als linkerdeel
- ↑ Weblink bron
W. Haeseryn e.a.
“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)