uitslepen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord uitslepen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord uitslepen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je uitslepen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord uitslepen is hier. De definitie van het woord uitslepen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanuitslepen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • uit·sle·pen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitslepen
sleepte uit
uitgesleept
zwak -t volledig

uitslepen

  1. iets naar buiten slepen.
  2. iets weten te bemachtigen
vervoeging van
uitslijpen

uitslepen

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van uitslijpen
    • ...dat wij uitslepen. 
    • ...dat jullie uitslepen. 
    • ...dat zij uitslepen. 
88 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be